Ga naar Content

Coronacrisis drukt op Haarlemse cultuursector: "Focus vooral op upperclass-cultuur"

De Haarlemse cultuursector gaat gebukt onder de coronapandemie, de deuren van musea en theaters zijn al maanden gesloten. Dankzij financiële steun van het rijk, staan paradepaardjes als het Teylers museum en de Stadsschouwburg nog overeind. Daar staat tegenover dat jonge creatievelingen en opkomende artiesten, die ook onderdeel uitmaken van de Haarlemse cultuur, er financieel gezien praktisch alleen voor staan. Sommigen hebben noodgedwongen besloten om iets anders te gaan doen. 

Nadieh Bindels is een bekende in de Haarlemse culturele wereld, met name op gebied van muziek. Ze is artiestenmanager en doet ook veel op het gebied van marketing, organisatie en programmering. Een jaar geleden richtte ze Nachtwacht Haarlem op, een organisatie ter bevordering van de Haarlemse nachtcultuur. Ze ziet dat jonge makers worstelen om rond te komen in deze coronatijd.

"De meeste creatieve makers hebben het heel erg zwaar, omdat ze hun werk niet kunnen doen en daarmee geld genereren", vertelt ze. Sommige creatievelingen haken af en gaan wat anders doen, simpelweg omdat ze de huur van hun woning niet meer kunnen betalen. Nadieh vindt de situatie zorgelijk, omdat ze ziet dat er vanuit de politiek weinig aandacht is voor deze groep. 

"Ik denk dat de focus op de upperclass-cultuur ligt vanuit politiek, dus vooral cultuur in het hogere segment"

Nadieh Bindels

Nadieh ziet dat het rijk in deze tijd wel geld beschikbaar stelt voor de gevestigde orde, zoals poppodium Patronaat, maar dat er weinig geld terecht komt bij  de makers van nu. "Ik denk dat de politiek zich daar niet helemaal van bewust is en ook niet weet wat het effect is. Er kan nu ook niet geïnvesteerd worden in de toekomst, dus ik denk dat het nog heel lang gaat duren voordat de nachtcultuur weer op een gezond level zit."

Zwarte cijfers

De grote culturele instellingen van Haarlem lijken het voorlopig wel uit te kunnen zingen dankzij subsidies van het rijk. Zo ontving het Teylers Museum vorig jaar de helft aan bezoekers vergeleken met het jaar daarvoor, maar kwam desondanks niet in de rode cijfers terecht.

"We zijn echt enorm blij met de subsidie", vertelt Teylers-directeur Marjan Scharloo. "We kunnen zo de salarissen aan iedereen door betalen. En het gebouw onderhouden." Het Frans Hals Museum is een uitzondering op de andere grote culturele instellingen.  Het museum verkeert al tijden in financieel zwaar weer en is grotendeels afhankelijk van gemeentelijke subsidies.

Verbinden

Met de komende Tweede Kamer-verkiezingen zal het voor de cultuursector spannend zijn, of er bezuinigd gaat worden op cultuur nu het land er door de coronacrisis niet goed voor staat. Nadieh zou graag zien dat er extra geld wordt geïnvesteerd in de cultuursector. En als dat er niet in zit, dan hoopt ze dat de verbinding tussen de grotere instellingen en makers beter wordt.

Nadieh: "Er zijn al culturele instellingen heel goed bezig, zoals Patronaat. Die stelt ruimte beschikbaar voor makers om albums op te nemen, dat is heel tof want zo komt een stukje van de subsidie indirect weer bij de maker."

De huidige subsidiepot herverdelen ziet Nadieh niet direct als de oplossing. En ook de directeur van het Telyers Museum denkt niet dat dat de oplossing is. "Ik denk dat nog nooit iemand gelukkig is geworden van dezelfde koek verdelen onder dezelfde mensen. Omdat het op termijn niet brengt wat je wilt, namelijk dat iedereen omhoog gaat."

Doe vanavond om 19:00 mee met het gesprek over cultuur en de Tweede Kamerverkiezingen op clubhouse.

Lees ook

Tweede Kamerverkiezingen 2021

Volg het laatste nieuws rond de Tweede Kamerverkiezingen 2021 en bekijk alle afleveringen terug van Wij Zijn Noord-Holland en De Stembus op nhnieuws.nl/tk2021