Ga naar Content

Politiek reageert met verbazing over versobering openbaar vervoer in Medemblik

In de gemeenteraad van Medemblik, maar óók in het provinciehuis, is er met verbazing gereageerd op de versobering van het openbaar vervoer in Noord-Holland Noord. Van verschillende kanten wordt er om opheldering gevraagd. "Het ov is een basisvoorziening die je in stand moet houden."

Foto: NH Media / Chantal Bos

Nu de provincie van plan is om komende zomer de dienstregeling voor bussen in Noord-Holland Noord op de schop te gooien, druppelen de eerste verbaasde reacties langzaam binnen. Begin deze week zette de Dorpsraad van Andijk al vraagtekens bij het voorgenomen besluit om meerdere bushaltes in het centrum van het dorp te laten vervallen.

Het geeft een nare bijsmaak, vertelde voorzitter Gerrit van Keulen eerder aan NH, ook omdat het dorp niet op de hoogte is. "Dit heeft een grote impact op het naar school gaan, boodschappen doen, naar het werk gaan en familie- of ziekenhuisbezoek", zei hij. 

Hij vindt het onbegrijpelijk. "Gelet op de bewoners van de aan- en inleunwoningen nabij verzorgingstehuis Sorghvliet en de ouderen die in Plan Zuid wonen, is het niet te rijmen met het gegeven dat ze naar de Hoekweg (de dichtstbijzijnde bushalte van lijn 132, red.) moeten lopen om daar de bus te kunnen pakken."

Langere reistijd

Maar nu heeft óók de politiek - zowel lokaal als provinciaal - om opheldering gevraagd. Volgens GB-raadslid Luiten Plekker pakt een deel van de 69 scholieren uit Medemblik iedere dag de bus naar het RSG Wiringherlant in Wieringerwerf. 

Met de nieuwe dienstregeling vervalt de rechtstreekse busverbinding (lijn 655), en moeten zij in het nieuwe schooljaar eerst de buslijnen 139 of 140 pakken om vervolgens over te kunnen stappen in Abbekerk op lijn 135.

Een reis die bijna dubbel zolang duurt, zo berekent hij. "Deze overstap kan nadelig zijn. Scholieren pakken in de wintertijd of met slecht weer de bus, en het busstation in Abbekerk ligt in een verlaten hoek", aldus Plekker. "Ook betekent het missen van een aansluiting dat scholieren te laat op school kunnen komen."

Scholierenlijn verdwijnt

Ook Benningbroek en Sijbekarspel worden ‘geconfronteerd’ met de gevolgen van de nieuwe dienstregeling. Zo verdwijnt in beide dorpen de scholierenlijn 363 omdat die volgens de provincie ‘een lage bezetting’ heeft.

Bovendien, zegt raadslid Tom Beuker (Morgen!), vervallen ook de bushaltes Dr. De Vriesstraat en Nieuweweg waarvan de laatste nog ‘compleet is vernieuwd’.

"Ervoor in de plaats komt lijn 142 die alleen van het busstation in Abbekerk naar de Molenbuurt in Benningbroek rijdt. En dat in de spits, naar onze mening niet bepaald efficiënt en effectief. Je blijft maar overstappen, zonder een directe verbinding naar school."

Nieuwe dienstregeling gaat komende zomer in

Op 21 juli 2024 gaat in Noord-Holland Noord een nieuwe dienstregeling in. Volgens de provincie gaan veel bus- en treinreizigers er bij de invoering van de nieuwe dienstregeling er juist op vooruit: "De veranderingen in het lijnennet zorgen voor een verbetering voor grote groepen reizigers doordat er sneller en vaker bussen bij het station komen, waardoor de totale reistijd veel korter wordt. Dus juist een verbetering van de bereikbaarheid in deze regio en een aantrekkelijker openbaar vervoer", aldus een woordvoerder.

Voor de kleine groep scholieren die er juist langer over doen, kijkt de provincie of er maatwerk mogelijk is.

In het provinciehuis in Haarlem zijn deze kopzorgen niet ongehoord gebleven. Voor de VVD is bereikbaarheid van voorzieningen, juist op het platteland, ‘erg belangrijk’. "Het openbaar vervoer is een basisvoorziening die je in stand moet houden. Juist op het platteland, waar niet alle voorzieningen om de hoek zijn, wil je dat bewoners binnen een redelijke tijd naar de huisarts, ziekenhuis, familie of school kunnen gaan. Dat is cruciaal voor de leefbaarheid in de dorpen. Een goed ov, naast de alternatieven zoals een fiets en auto, is daar een belangrijk onderdeel van", vindt Statenlid Jeroen Boer, die onlangs aan de bel heeft getrokken bij verantwoordelijk gedeputeerde Jeroen Olthof.

Lees ook