Ga naar Content

Slecht jaar voor de vlinder: "Heel veel reden voor zorgen"

Het gaat slecht met de vlinder. In de afgelopen jaren zijn er al vijftien soorten verdwenen. Droge zomers, stikstof en verstedelijking zorgen voor achteruitgang van de biodiversiteit. Niet zo gek dat de Vlinderstichting zich zorgen maakt. Om meer inzicht te krijgen in het aantal vlinders in Nederland kun je aankomend weekend meedoen met de jaarlijkse vlindertelling.

Foto: Uit archief: Sjef Kenniphaas

Insecten hebben het zwaar in Nederland. De afgelopen jaren is het aantal insecten afgenomen met 75 procent. Naast de wilde bij, hebben ook vlinders het moeilijk. Al vijftien van de 75 soorten zijn er verdwenen. "Ik wil niet in een land leven waar we denken: 'die vlinders konden we er niet bij hebben want we hebben het te druk met onszelf'", aldus Nicky Castricum, die door andere Amsterdammers de vlinderman van Amsterdam wordt genoemd.  

Nog nooit zo erg

Tijdens het natte voorjaar hadden de vlinder het moeilijk. "Al vrij snel werd duidelijk dat de gebruikelijke voorjaarsaantallen niet zouden worden gehaald. Waar je normaal in het begin van het voorjaar het oranjetipje en het kleine koolwitje ziet vliegen, waren ze dit jaar nergens te bekennen. Zo erg als in het afgelopen voorjaar hebben we nog nooit meegemaakt," vertelt de Vries. 

Ook de droogte van vorig jaar was niet ideaal voor de vlinders vertelt Ineke Wynia, ecoloog van Landschap Noord-Holland: "Vorige nazomer was heel droog. Rupsen zijn afhankelijk van waardplanten, maar als die uitgedroogd zijn, hebben de rupsen te weinig eten en kunnen ze niet overleven. Alleen zie je dat pas als ze tevoorschijn horen te komen."

"Mijn angst is om vlinders te verliezen. Ik wil niet in een land leven waar we dachten: die vlinders konden we er niet bij hebben want we hebben het te druk met onszelf"

Nicky Castricum, de vlinderman van Amsterdam

De nachtvlinders hebben eveneens te lijden onder de droogte van vorig jaar, vertelt Wynia. ''We kijken altijd naar de hoeveelheid nachtvlinders door middel van een doos met een uv-lamp, en zien of er wat vliegt. Er zijn zelfs nachten geweest dat er helemaal niets vloog.''

"Je ziet dat de biodiversiteit afhankelijk wordt van de klimaatverandering, Mijn angst is om vlinders te verliezen", vertelt Castricum. Het moment dat planten niet meer bestoven worden is dat een probleem voor insecten die daar afhankelijk van zijn. Daardoor zijn er minder insecten, bestuiven ze minder en komt er een versobering van de natuur.

Vlinderman van Amsterdam

De bijnaam vlinderman van Amsterdam kreeg Nicky Castricum omdat hij van kleins af aan altijd bezig met vlinders en rupsen. Nu zet hij zich in voor meer biodiversiteit in Amsterdam. Zo heeft hij een aantal plekken in Amsterdam-Noord waar hij veldjes inzaait met inheemse zaden, bomen en struiken om op deze manier vlinders en rupsen aan te trekken. Ook staan er picknicktafels en educatieborden, geeft hij lezingen, workshops en vlinderexpedities. 

Veel mensen snappen het belang van vergroenen, maar weten niet zo goed hoe ze dat moeten doen. "Er wordt toch vaak gekozen voor een moestuin of kleurrijke bloemen. Maar allemaal in het belang van mensen, terwijl je moet beginnen bij wat goed is voor de insecten, dat moet je startpunt zijn."

"Belangrijk is dat de natuur wederom op nummer 1 komt te staan"

Nicky Castricum, de vlinderman van Amsterdam

Castricum wordt zo nu en dan ook gevraagd door de gemeente bij het ontwerpen van parken in Amsterdam-Noord: "Belangrijk is dat de natuur wederom op nummer 1 komt te staan, en dat het niet te veel een prestige ding wordt met een paar planten en de verkeerde bomen. Je ziet dat de natuur een ondergeschoven kindje is. Het is echt taai om het op te nemen voor de vlinders en rupsen."

Dat zijn natuurveldjes effect hebben, beaamt hij. "Vorig jaar was mijn antwoord 100%. Dit jaar hebben we het echt zwaar gehad met droge periodes en een nat voorjaar. Die extremen werken niet mee en je ziet dat de klimaatverandering nu echt mee telt."

Parelmoervlinder op Texel

De negatieve impact van droge periodes is in Noord-Holland net wat kleiner. "Dit komt door de klei en veengronden in tegenstelling tot droge zandgronden in andere provincies", aldus de Vlinderstichting. 

Daarnaast ziet de stichting dat het aantal vlinders in Noord-Holland het duidelijk beter doen dan in het oosten van het land: "De kleine vos, een vlindersoort, zie je bijvoorbeeld veel meer in Noord-Holland dan in bijvoorbeeld Gelderland en Brabant."

De grote parelmoervlinder is een ernstig bedreigde vlinder. Een van de drie overgebleven Nederlandse populaties is nog op Texel te vinden. Om deze te behouden, zijn honds- en duinviooltjes en nectarbronnen rond de duinen belangrijk. Daarnaast worden eitjes en rupsen met name gevonden in vegetatie die structuurrijk zijn. Hier kunnen rupsen dekking zoeken tegen prooien en schuilen voor extreme droogte. 

"We zien dat een aantal vlinders in Noord-Holland het duidelijk beter doen dan in het Oosten van het land"

Henk de Vries, van de Vlinderstichting

Vlindertelling 

Aankomend weekend, van vrijdag 7 tot en met zondag 9 juli, vindt de jaarlijkse tuinvlindertelling plaats. "Wij krijgen heel graag een beeld van het aantal dagvlinders. Elk jaar kiezen we een weekend waarin we de piek van zomervlinders in tuinen kunnen tellen. Op deze manier hopen we een beeld te krijgen hoe het gaat met de dagvlinders in tuinen. Zo kunnen we zien welke vlinders het goed doen of juist minder goed."

Castricum ziet dat tuincentra vol staan met cultivars en exoten waar insecten niets aan hebben: "Het is echt in- en intriest dat tuincentra hun verantwoordelijkheid niet nemen en niet kiezen voor het goede. Daarom kun je het best kiezen voor inheemse waardplanten en gifvrije planten. Het probleem is alleen, dat je die niet zomaar bij een tuincentrum kunt vinden. Je moet echt op zoek naar biologische kwekers, maar dan help je wel de vlinders en rupsen." 

Lees ook

Verantwoording:

In PNAS, een Amerikaans academisch tijdschrift van wetenschappen, zijn er onderzoeksresultaten gedeeld die laten zien dat het aantal insecten enorm achteruit gaan. Het onderzoek is een vervolg op een Nederlands-Duits onderzoek uit 2017. Uit dat onderzoek is gebleken dat er in 27 jaar het aantal insecten met 75% is afgenomen.