Ga naar Content

Gemengde reacties op de 30 miljoen voor de visserij: "Mosterd na de maaltijd"

De aankondiging van het ministerie dat er 30 miljoen euro wordt uitgetrokken voor de visserij, levert in de Noordkop gemengde reacties op. Het geld is bedoeld om zowel de visserij als de visserijcultuur in dorpen en steden te steunen. Maar dat komt voor veel Texelse en Helderse vissers te laat.

Viskotter 'Hendrik Petronella' (HD4) bij vertrek eerder dit jaar uit de haven van Den Helder. - Foto: NH Nieuws

Het geld is bestemd voor innovaties in de visserij én om de vissersgemeenschappen levend te houden. Op die manier worden dan ook meer toeristen naar de dorpen gehaald, zo is de gedachte in Den Haag. De sector mag zelf met plannen komen om aanspraak te maken op wat geld uit de pot.

Visafslag Hollands Noorden in Den Oever is al wel druk bezig met het maken van plannen, laat directeur Pim Visser aan Regio Noordkop weten: "Het bestuurlijk platform van Visserijgemeenten en Provincies gaat plannen indienen voor hun lokale visserijgemeenschappen. Voor onze regio maken de Gemeenten Hollands Kroon, Den Helder en Texel gezamenlijk het regioplan. Dat plan wordt deze zomer gemaakt en ingediend. Uitvoering van goedgekeurde plannen zie ik zelf niet eerder beginnen dan in tweede helft van 2024".  

Lees ook

Te laat

Bert de Groot werkte bij Visafslag Hollands Noorden in Den Helder tot deze vestiging moet sluiten. "Steun is altijd leuk", zegt hij over de 30 miljoen. "Maar voor Den Helder is het mosterd na de maaltijd, het komt te laat." 

Voor Den Oever kan het nog wel zin hebben, denkt hij, maar het ligt er wel aan waar het geld dan naartoe gaat. "Compenseer bijvoorbeeld de garnalenvissers. Die hebben allemaal voor 50.000 tot 100.000 aan veranderingen aan hun schepen moeten aanbrengen. Daar is een deel wel van gecompenseerd, maar veel is alsnog uit eigen zak betaald. De visvangsten vallen dit jaar tegen omdat het water nog zo koud is, dus zij kunnen het goed gebruiken."

Vis importeren?

Op de visafslag in Den Oever was de aankondiging vanochtend onderwerp van gesprek, vertelt de Groot. Vooral de gedachte van Den Haag dat het geld in import van buitenlandse vis gestoken kan worden, maakt de tongen los. 

Het draait om deze zin uit de aankondiging van het ministerie, waarin wordt geschreven "Toch zijn er ook kansen voor de visketen. [...] Visverwerkers zoeken naar nieuwe verdienmodellen. Veel zijn al uitgeweken naar geïmporteerde vis."

Minister Adema laat aan het AD ook weten dat de import één van de nieuwe verdienmodellen voor de sector kan zijn waar een deel van de 30 miljoen naartoe gaat. Bert de Groot zou dat niet kunnen begrijpen: "Dat is wel het meest belachelijke wat ik ooit heb gehoord. Dat slaat de plank helemaal mis."

Voor de Helderse en Texelse vissers komt het geld te laat. Op andere plekken kan het nog wel goed gebruikt worden, denkt De Groot. "Ik zou zeggen steek het in de visserij of in de afslagen van Nederland: Urk, Scheveningen, IJmuiden, Den Oever, maar laat het wel ten goede komen van de visserij zelf en niet van bijvoorbeeld visserij-promotie. Want wat heb je aan een visserijstad als er geen vis meer is?"