Ga naar Content

Geadopteerde Jurek heeft nooit behoefte gevoeld om biologische moeder te zoeken

Het is van alle tijden: mensen die de grens overtrekken op zoek naar een beter leven. Kwamen arbeidsmigranten vroeger vaak uit Duitsland - en sinds de jaren 60 en 70 vooral uit Italië, Spanje, Turkije en Marokko - nu zien we steeds vaker mensen uit voormalige Oostbloklanden als Polen, Bulgarije, Roemenië en Hongarije. Wie zijn deze mensen en waarom hebben ze hun land verlaten? Een vierluik, vandaag het laatste deel: Jurek.

Foto: NH Nieuws / Carina Gutker

Om de spiegel op zijn kamer boven het bedrijf waar Jurek werkt, hangt een rozenkrans. Hij pakt hem regelmatig. Ook gaat hij soms naar de Poolse mis die elke zondag wordt gehouden. "Ik bid af en toe, het is goed tegen een depressie", zo zegt de goedlachse man.

Jurek heeft een roerig leven achter de rug, wat al begon bij zijn geboorte. Toen hij vier maanden oud was, werd hij door zijn biologische moeder afgestaan voor adoptie. Jurek weet niet veel van haar. "Ze was 20 jaar, werkte in het ziekenhuis waar ik ben geboren en door de rechtbankpapieren weet ik haar naam. Maar ik ben nooit naar haar op zoek gegaan."

Schande

Hij voelde de behoefte ervoor niet zo. "Misschien is het wel beter dat ik het niet weet. Het zou niets veranderen aan mijn leven." Bovendien heeft hij geen idee waar hij moet zoeken: na zijn geboorte vertrok ze. "Misschien zit ze wel in een ander land." Waarom hij is afgestaan, weet hij niet, maar mogelijk was ze als alleenstaande vrouw in verwachting geraakt. Dat werd in die tijd gezien als een schande. Er is overigens niets bekend over zijn biologische vader.

Tekst gaat verder onder het gele blok.

Bio

Jerzy Psuja (58), roepnaam Jurek, is geboren in een ziekenhuis in Jaszczów, Polen. Hij groeide op in het twintig kilometer verderop gelegen Liszno. Zijn adoptieouders hadden er een boerderij. Na hun overlijden moest hij op jonge leeftijd het bedrijf voortzetten.

Hij leerde zijn latere vrouw Barbara (56) kennen bij zijn volgende baan, bij de spoorwegen. Terwijl hij er werkte als treinmonteur, stelde zij de sporen af. De twee trouwden in 1987. Samen hebben ze drie kinderen: Tomasz (33), Anna (31) en Monika (29). Via de twee oudsten hebben ze drie kleinkinderen in de leeftijd van 4 jaar, bijna 2 jaar en 6 maanden.

Zijn kinderen hebben alle drie gestudeerd. Tomasz werkt als zzp'er in een autobedrijf, Anna is lerares en Monika werkt net als haar vader als seizoensarbeider, al zit zij in de bloemen.

Jurek kwam vervolgens als baby terecht bij een kinderloos stel. "Mijn adoptievader was al wat ouder toen hij en zijn vrouw mij adopteerden. Hij was toen 60 jaar, mijn moeder was twaalf jaar jonger." Al op jonge leeftijd moest hij zijn beide ouders missen. "Ik was dertien toen mijn vader overleed. En mijn moeder ging dood toen ik een jaar of achttien, negentien was."

De kleine boerderij met koeien en varkens waar hij was opgegroeid (en overigens nog steeds woont), moest hij al jong van zijn ouders overnemen. Van zijn buurman kreeg hij hulp. Rijk had hij het er niet. "De grond was slecht." En dus moest hij op zoek naar werk.

Dat vond hij bij de Poolse spoorwegen. Achttien jaar heeft hij er gewerkt, totdat hij - na de val van het IJzeren Gordijn in 1989 en de daaropvolgende privatisering van staatsbedrijven - zijn baan verloor. "Toen was alles weg. Dat was een drama. Maar ik moest wel verder en ander werk zoeken, want ik had drie jonge kinderen om voor te zorgen."

Houtbedrijf

Twee jaar kreeg Jurek een uitkering en toen vond hij een baan bij een houtbedrijf. "Ik heb daar tien jaar gewerkt voor een paar euro per week. Ik woon in een arme provincie, in West-Polen is het altijd beter geweest." Daarna ging ook dat bedrijf failliet. "Het ging steeds beter en toen was ineens alles weg. Een grote opdrachtgever betaalde namelijk niet. De directeur van het houtbedrijf is op dat moment alles kwijtgeraakt. Op diezelfde plek zit nu een restaurant."

Tekst gaat verder onder het blauwe blok.

Werken

De maand juni staat bij NH Nieuws in het teken van werken. Hoe werkt Noord-Holland en zijn we tevreden over ons werk? Door het coronavirus werken veel mensen thuis, blijft dat zo? En hoe is het gesteld met de werkloosheid in onze provincie? Bekijk hier al onze verhalen over werken.

Via kennissen hoorden hij dat er werknemers werden gezocht in Nederland. Dat sprak Jurek wel aan. "Ik kon het geld goed gebruiken. Ik moest de studie betalen van mijn kinderen, en met kinderen is de broekzak altijd leeg." Hij lacht. "En nu heb ik dat met mijn kleinkinderen. Bijvoorbeeld met een nieuwe kinderkamer, dan is mijn portemonnee ook zo weer leeg."

Nadat hij hier een paar jaar had gewerkt, brak in 2008 de economische crisis uit. Weer zat Jurek zonder baan. In Polen ging hij daarom aan de slag als chauffeur. Maar toen het met de economie weer de betere kant op ging, kon hij terugkomen bij het Nederlandse bedrijf in 't Zand waar hij eerder al kwam. "Bij elkaar opgeteld werk ik hier nu zo'n twaalf jaar."

Waar hij vroeger graag op de motor reed (wat hij overigens nog steeds doet, maar dan in Polen waar hij zijn motor naar terug heeft gebracht), is zijn hobby in Nederland nu vooral fietsen. "Bij mooi weer rijd ik zo in twee keer 80, á 100 kilometer."

Geen internet

Doordat hij vaak en langere tijd in het buitenland zit, ziet hij zijn gezin niet vaak. "In het begin was dat wel een probleem, omdat we toen nog geen internet hadden. Maar nu heb ik bijna elke dag digitaal contact met haar en mijn kinderen en kleinkinderen. We hebben nu minder ruzie. Mijn vrouw is blij, omdat ik met een dikke portemonnee thuiskom." Weer een lach.

Trots laat hij zijn kamer, boven het bedrijf waar hij werkt, zien. Het is simpel, met een bed, een kast en een paar persoonlijke spullen. Een foto van zijn gezin ontbreekt. Hoeft van hem niet. Hij zit vaker hier dan daar en spreekt een klein woordje Nederlands, maar blijft zich bovenal Pools voelen. "Daar liggen mijn wortels, daar is mijn vrouw. Het blijft hier toch wennen."

Lees ook

💬 Wil je niets missen uit de Noordkop?

Tikfout gezien? Laat het ons weten via [email protected]