De Vijfhuizense Sarah Terol heeft vorige week afscheid moeten nemen van haar 1.700 patiënten. Het lukte haar niet om een nieuwe plek te vinden voor haar praktijk, waardoor zij haar patiënten aan een grotere praktijk in Hoofddorp moest overdragen. Dat probleem komt steeds vaker voor. Vijf vragen en antwoorden over het nijpende huisvestingstekort onder huisartsen.
1. Wat houdt het ruimtetekort voor huisartsen precies in?
Huisartsen kampen al jaren met een gebrek aan geschikte ruimte om hun praktijk in te kunnen huisvesten. Landelijk hebben meer dan drie op de vier huisartsen een probleem met hun huisvesting. Dat blijkt uit een peiling van Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) in 2021. Vaak gaan het om problemen als een ongeschikte locatie, de locatie is krap of te duur.
2. Waarom is het zo lastig om een ruimte te vinden?
Huisartsen zijn afhankelijk van het bedrag wat een zorgverzekeraar aan hen betaalt. Dat bedrag is gebaseerd op het aantal patiënten die de huisarts in de praktijk ontvangt en niet op de huisvestingskosten. En dat terwijl de kosten voor een ruimte per locatie kan verschillen.
Omdat de overheid geen wettelijke plicht heeft om huisartsen aan onderdak te helpen moeten huisartsen dit zelfstandig regelen. En omdat het budget vanuit een verzekeraarspotje komt moeten zij concurreren met commerciële partijen voor een locatie.
3. Zijn er meer zoals huisartsen, zoals Sarah Terol, in onze provincie?
Op meerdere plekken in de provincie kampen huisartsen een eventueel einde van hun praktijk. Ook in Haarlem zijn huisartsen naarstig opzoek naar geschikte praktijkruimten. Zoals Inez Boekhout en Frank Lengers, twee huisartsen die vorige maand nog aan NH vertelden hoe zij uit hun huidige pand groeien, maar geen geschikte nieuwe locatie kunnen vinden. Om samen hun 4.000 patiënten zo goed mogelijk kunnen ondersteunen is er zo'n 250 tot 300 vierkante meter nodig, maar momenteel zitten zij in een pand van 145 vierkante meter.
Als een arts geen geschikt pand kan vinden, verdwijnt een praktijk soms helemaal uit een wijk of dorp. "Je ziet ook nu dat gemeenten nieuwbouwwijken bouwen, maar er geen bestemmingsplan wordt gemaakt voor een huisarts. Soms wordt dat vergeten, soms is die ruimte wel ingetekend, maar wordt het alsnog aan commerciële prijzen verhuurd waardoor huisartsen het niet kunnen betalen", legt een woordvoerder van LHV uit.
4. Welke gevolgen heeft dit voor patiënten?
Als een huisarts geen geschikte praktijkruimte kan vinden, kan deze ook geen nieuwe personeel aannemen. Het gevolg daarvan kan zijn dat er een patiëntenstop komt.
Als gevolg van een tekort aan praktijk, moeten huisartsen noodgedwongen op een grotere afstand een praktijk opzetten, of hun patiënten aan een andere huisarts overdragen, zoals Sarah Terol. Uit cijfers van het CBS van vorig jaar blijkt dat Noord-Hollanders steeds verder van een dichtstbijzijnde huisarts wonen.
5. Wat wordt er gedaan om dit aan te pakken?
Momenteel zijn er steeds meer 'huisvestingsteams' actief om huisartsen te helpen met het vinden van een geschikte locatie. Deze zogenoemde 'H-teams' zijn samenwerkingen tussen gemeenten, huisartsenallianties en zorgverzekeraars. Ook in Amsterdam en Haarlem zijn deze actief.
"Momenteel helpen gemeenten vooral met het vinden van een juiste locatie. Die kunnen kijken of een pand voor een maatschappelijke doeleinde kan worden gebruikt", vertelt de woordvoerder. Dat gebeurt al in Haarlem. Daar heeft de gemeente een subsidieregeling voor huisartsen die gaan verbouwen, verhuizen of op zoek zijn naar een tijdelijke plek voor hun praktijk. Dat gaat de komende jaren om een totaalbedrag van 100.000 euro per jaar.
Toch ziet de Huisartsen Vereniging liever dat het probleem landelijk wordt aangepakt, in plaats van dat gemeenten dit zelf moeten regelen. "Wij pleiten ervoor dat ook huisartsen, en bijvoorbeeld tandartspraktijken, een speciale regeling krijgen voor betaalbare praktijkruimte", aldus LHV.