Geen sponsors, wel dat échte dorpsgevoel tijdens feestweek Zwanenburg

De laatste jaren stond er op een drukke avond steevast een paar duizend man in de tent aan de Kinheim in Zwanenburg. Grote nationale artiesten traden op, en het dorpsfeest was tot ver buiten het dorp bekend.

Hartstikke leuk natuurlijk, maar daardoor ging de aantrekkingskracht voor de dorpelingen wel een beetje verloren, merkte ook Rob Koster. Hij organiseert de feestweek al sinds de eerste editie samen met een klein clubje mensen. Voor jaargang nummer 21 besloten ze de aanpak flink te veranderen, om de dorpelingen weer op één te zetten.

Geen sponsoren, alleen kaartjes en baromzet

"Zonder sponsoren moesten we eerst de kaarten in de verkoop doen, anders wisten we simpelweg niet wat we uit konden geven aan artiesten", vertelt Koster gistermiddag tijdens het kinderblok. "Dat was best heel spannend, want wat als er niet genoeg animo is? Maar gelukkig kwam er nog een run op de kaarten, en kan het dus blijkbaar wel. Dat het op deze manier lukt, is best wel uniek in Nederland."

Pas vlak voor de deadline van de kaartverkoop ging het echt lopen, zegt medeorganisator Kitty van Opzeeland: "In december begon de verkoop, en dat ging heel traag. Toen hebben we zelfs nog besproken wat de absolute ondergrens was voordat we het niet door zouden laten gaan. Maar gelukkig was dat allemaal niet nodig."

Zowel Rob als Kitty benadrukt dat de vrijwilligers de enige reden zijn dat het feest überhaupt zonder sponsoren plaats kan vinden. "Als je ziet hoe hard die werken, dat is ongelofelijk. Goed voorbeeld zijn de herbruikbare bekers die tegenwoordig verplicht zijn. Er staat gewoon een ploeg van dertien man uren achter elkaar die bekers te spoelen terwijl het feest in de tent doorgaat, geweldig."

Wat betreft de organisatie is de nieuwe opzet dus een succes, en daar lijken de dorpelingen het allemaal mee eens te zijn: "Je merkt 's avonds in de tent nauwelijks dat het kleiner is dan voorgaande jaren, maar je komt zoveel meer bekende gezichten tegen", vertelt een Zwanenburgse die met haar dochter en kleinkinderen op het middagblok is afgekomen. "Ik blijf het verbazingwekkend vinden dat twee kleine dorpjes dit uit de grond kunnen stampen", merkt een vader naast het springkussen op.

Opvolging

Rob Koster ziet het met de nieuwe opzet ook de komende jaren nog wel zitten, al hoopt hij wel dat hij en de andere organisatoren die er vanaf het begin bij zijn geweest het stokje op termijn over kunnen dragen: "We hebben nu allemaal kinderen, en dingen met hen doen en wat meer thuis zijn is toch lastig met de feestweek erbij. Maar het gaat zó goed, en we hebben zo'n geweldige groep vrijwilligers, dat ik denk dat we nog wel even doorgaan."