Ga naar Content

Gerelateerde videos

Succesauteur Tim Krabbé: schrijven is voor schrijvers moeilijker dan voor andere mensen

In de serie Iconen voegen we iedere keer een nieuw portret toe aan de eregalerij van Noord-Hollandse grootheden. Deze week is dat Tim Krabbé, schrijver van succesboeken als De Renner en Het gouden ei.

Tim Krabbé - Foto: Robert Jan de Boer

biografie

naam: Tim Krabbé

geboren: Amsterdam, 1943

beroep: schrijver

erelijst: De Renner 52ste druk, Het gouden ei 63ste druk

Tim Krabbé komt de woonkamer binnen met een enorme stapel papier. Het zijn de verschillende versies van zijn laatste boek, Onkrijgbaarheid. 

Dit zijn uitgeprinte manuscriptversies. Ik geef iedere nieuwe versie een nummer. Alles bij elkaar zit ik voor dit boek op zestig versies.

Ik heb dat op een gegeven moment nodig om van het scherm over te gaan op papier. Dat werk ik dan uit met potlood. Daar zet ik dan ook aantekeningen in van mijn eigen redacteuren, mensen om mij heen die ik het heb laten lezen. Dat zijn er maar drie of vier. Dan overweeg ik iets te veranderingen. 

Toen ik begon, toen ik nog niet kon schrijven, maar wel al publiceerde, toen publiceerde ik tweede versies.

Dus het worden er steeds meer?

Hoe beter je wordt, hoe moeilijker het schrijven wordt. Dat is vaak wat mensen denken in clubjes, dan hebben ze een schrijver in hun midden en zeggen ze: schrijf jij even een briefje. Maar schrijven is voor een schrijver moeilijker dan voor andere mensen.  

Ben je streng voor jezelf?

Ja, ik ben heel erg streng voor mezelf. Ik maak heel erg veel versies. Ik bewaar ze allemaal op de computer, dan kan ik nog eens teruggrijpen van: dit loopt niet lekker, had ik dat vroeger niet beter. Dan ga ik bijvoorbeeld van versie 42 terug naar versie 27. Ik ben er heel lang mee bezig en het duurt bij mij heel lang voordat ik het uit handen geef. 

Manuscript van Onkrijgbaarheid met aantekeningen - Foto: NH

"Ik werk door totdat ik vind dat het niet beter kan worden"

Tim Krabbé, schrijver

Als jij begint te schrijven, weet jij dan al hoe het eindigt?

In grote lijnen weet ik dat wel. Wat dat betreft is het niet spannend voor mij. Het spannende is of ik het zo goed kan krijgen als het onder mijn pen kan worden. 

Ik werk door totdat ik vind dat het niet beter kan worden. Wat ik daarvoor nodig heb, is dat ik het een tijdje laat liggen om er weer een frisse blik op te kunnen krijgen. Als ik ergens goed in ben, is het mijn eigen werk weer lezen met een totaal frisse blik.  

Is het een moeizaam proces?

Ja, in zekere zin wel. Er komt af en toe wel wanhoop bij kijken. Ik ben nu met iets bezig dat totaal niets voorstelt. Dat is iets dat je door ervaring leert: toch gewoon doorgaan. Misschien was het je blik van die dag, misschien was je met het verkeerde been uit bed gestapt, misschien is je beoordelingsvermogen vandaag slecht, niet zozeer je stijl en alles. Je beoordelingsvermogen is ook af en toe uit vorm. Gewoon rustig doorgaan en niet wanhopen. Maar je wanhoopt wel af en toe, dat is waar.

En waar gaat die wanhoop dan over?

Dat je bezig bent met een kutboek te schrijven. Hahaha. 

Als het boek af is, is dat dan een pak van je hart?

Dan begint er weer een nieuwe bange periode waarin je je afvraagt: wat gaat het boek doen? Maar ik heb dan wel het vertrouwen dat ik het geen beter boek had kunnen maken. Dat het is geworden wat ik in mijn macht heb om er wat van te maken. 

Aan de muur in de woonkamer hangt een ingelijst exemplaar van De Renner. 

Dat heeft mijn vriendin gedaan die ook lijstenmaker is. Met een plakkertje erop van de vijftigste druk. Dat vond zij de moeite waard om er een heel mooi ingelijst kunststukje van te maken. 

Maar dat is ook niet niks.

Dat is heel ongewoon, ja. Dat gebeurt heel weinig. Ondertussen is het al aan de 52ste druk toe en Het gouden ei is aan de 63ste druk toe. Ik heb twee boeken die nog steeds leven en die respectievelijk 45 en 40 jaar oud zijn. Dat is echt bijzonder.

Kijk hier voor meer Noord-Hollandse Iconen

💬 Wil je niets missen uit Amsterdam?

Tikfout gezien? Laat het ons weten via [email protected]