Ga naar Content

Stilzitten is geen optie voor bluesheld Jan van Bodegraven

Bluesheld Jan van Bodegraven (65) is weer even terug in de IJmond. Hij treedt zondag op tijdens de afterparty van het Rory Gallagher Festival in Wijk aan Zee. Na omzwervingen in Ierland en Frankrijk vragen veel mensen zich af hoe het met Jan gaat. Muziekliefhebbers zien hem al vijftig jaar op podia in de IJmond. Bluesfanaten zien hem als een legende. Om zijn blues, zijn doorleefde stem, zijn joviale, nuchtere blik en zijn 'helende handen'.

Jan heeft ook nog weleens de blues bij de technische dienst - Foto: NH / Koen Bugter

"Dacht je dat ik alleen popster was? Dat dacht ik ook toen ik veertien was", zegt Jan als ik hem bij onze ontmoeting verbaasd aankijk. Hij geeft mij zo'n stevige hand die ik als journalist alleen herken als de handdruk van havenarbeiders in de IJmond. Jan heeft een doorleefd gezicht, haren ietwat door de war en grote ruwe handen. Alsof hij net eigenhandig een kolossaal schip de haven in heeft getrokken. Ik ontmoet de lokale bluesheld tijdens zijn lunchpauze bij een veredelingsbedrijf. Niet in de IJmond, waar zijn wortels liggen, maar in Broek op Langedijk.

In de fik gestoken

Doordeweeks staat Jan blijkbaar niet op het podium, maar is hij aan het werk bij de technische dienst van een bedrijf waar ze onder meer handelen in knoflook, alfalfa en taugé. "Stilzitten is voor mij geen optie. Nooit." Dat Jan niet stil kan zitten klopt, want de mensen in de IJmond moeten Jan, op wat optredens na, soms jaren missen.

Hij begon als avontuur een bed & breakfast in zijn geliefde Ierland. Het land waar zijn muzikale held Rory Gallagher vandaan kwam. Maar dat liep na vier jaar door corona uit op een deceptie. Daarna kon hij met z'n partner van vrienden een camping overnemen in het Franse Dordogne. 

"Het verhuisbedrijf vroeg voor de grote oversteek 18.000 euro. Voor dat geld had ik nog liever alles in de fik gestoken en in mijn onderbroek en tandenborstel naar Frankrijk verhuisd. Uiteindelijk vond ik er eentje voor 15.000 euro goedkoper." De Franse camping werd de afgelopen jaren geen succes en nu is hij tijdelijk in Nederland. "En dan ga ik straks ga ik naar Spanje voor mijn pensioen."

"Voor dat geld had ik nog liever alles in de fik gestoken en in mijn onderbroek en tandenborstel naar Frankrijk verhuisd"

Jan van Bodegraven

Achter z'n vier bruine boterhammen met kaas vertelt Jan over zijn vroege leven. Ik zie hem als een vrolijk kind spelen met het plastic zakje van z'n brood. "Je kunt wel zeggen dat ik inmiddels vijftig jaar op het podium sta. Dat begon allemaal bij ons thuis, want daar klonk altijd muziek. Mijn vader en later het gezin verhuisden na de oorlog naar Velsen-Noord, vanuit het plat gebombardeerde Rotterdam. Hij kon als elektricien werken voor de Koninklijke Hoogovens. Het gezin werd groter. Dankzij Hoogovens kwamen we in 1958 terecht in Heemskerk, want daar werd een hele nieuwe wijk gebouwd: de Componistenwijk."

Componistenwijk

"De Componistenwijk was een plek met veel kinderen, veelal katholiek en dus grote gezinnen van arbeiders die bij de ovens werkten. Er werd veel op straat gespeeld, voetbal, verstoppertje en vanuit ons huis klonk de muziek. Mijn moeder speelde klassieke piano en mijn broers en zusters hielden dansavonden in de woonkamer. Elvis, Cliff Richards, The Animals, The Beatles blèrden uit elke slaapkamer. Ik luisterde zelf ook nog eens dag en nacht op mijn transistorradio naar Radio Veronica."

Jan begint inmiddels aan zijn tweede bruine boterham als hij mij vertelt: "Ik ging naar school in Beverwijk en daar kwam ik in contact met jonge muzikantjes. Ik had van mijn spaargeld van mijn krantenwijk een gitaar en een versterker gekocht, want ik had Jimi Hendrix horen spelen. Wat een vrijheid, wat een rebellie, niet keurig binnen de lijntjes. Dat sprak mij aan. Ik speelde net als Jimi linkshandig gitaar, maar ik kon het helemaal niet."

 

"We waren jonge binkies, maar we gingen er wel helemaal voor"

Jan van Bodegraven

Dat vond de jonge muzikant niet erg. "Dat gaf niet, ik had er plezier in. Uiteindelijk kwam ik als zanger in 1972 in m'n eerste bandje terecht. Onder meer met gitarist Reggie Elstak, ook bekend in de IJmond. We waren jonge binkies, maar we gingen er wel helemaal voor. We heetten Fire Lane. Die naam had ik toevallig op een psychedelische poster gezien in Beverwijk en had geen idee wat het betekende. Jaren later kwam ik in The States erachter dat het op de vloer was geschreven op de weg, Fire Lane, om de brandweer ruim baan te geven."

Als de brandweer

Jan kauwt op zijn derde bruine boterham en ik vraag hem naar zijn dierbaarste jeugdherinnering. Dan vertelt hij met licht vochtige ogen over hoe de band van vijftienjarige binkies in een gehuurde bakfiets door de IJmond figuurlijk als de brandweer gingen. Dat die bakfiets in die begin jaren zeventig was overladen met versterkers en instrumenten. "Met de hele band werd het gevaarte op de weg gehouden. Richting Uitgeest naar jongerencentrum De Kajuit en na het optreden weer terug naar de IJmond." Hoe ze in alle zalen, kerken, hallen en ruimtes speelde en dat soms voor drie keer vier (bandleden) aan consumptiebonnen deden. Hoe ze kleine ondernemers werden en voor cafés en podia beroemde bands naar de IJmond haalden voor meer omzet om 'dan zelf de kaartjes te verkopen en in het voorprogramma te spelen en bekender te worden'.

"Stilzitten was ook toen ook al geen optie voor ons", vertelt Jan. "Dat heb ik thuis wel geleerd. Mijn vader werkte ook keihard, in ploegendienst en als hij vrij was, ging hij bij mensen behangen en schilderen. Er werden in die tijd veel wijken gebouwd in Heemskerk dus er was genoeg werk voor hem. Ik kreeg thuis niets cadeau. Als je uit een welgestelde familie komt, dan krijg je een elektrische gitaar en versterker van Sinterklaas, maar ik moest er elke ochtend om vijf uur mijn bed voor uit. De krantenwijk lopen. Dan heb je toch emotioneel een andere band met je instrument, als je die uiteindelijk met je spaarcenten kunt kopen."

Jantje Tilt

In de vroege jaren 70 speelde Jan met bandjes vooral stevige rock. Met het bandje Tilt ontdekte Jan de blues. Tilt? "Mijn bijnaam was Jantje Tilt, want als ik geen muziek maakte stond ik altijd achter de flipperkast in Don Quichot, een jongerencentrum in Heemskerk. Ik was daar met mijn vervalste pasje, want je moest 15 zijn om er in te komen. De blues kwam toen ik voor het eerst de live-lp van Rory Gallagher hoorde op het handbalveldje in Akersloot."

Bij de laatste hap van Jans derde boterham stokt de adem. Ik schrik. Jan breekt en hij slikt z'n boterham en z'n tranen weg. Emotioneel als hij denkt aan de blues van de inmiddels overleden Gallagher. "Omdat ik hem zo dankbaar ben voor de muziek en wat dat voor mij in mijn leven heeft betekend. Zonder hem, een typische Ier, was ik nooit in Ierland geweest. De Ierse havenstadjes zijn ruig, mooi en historisch en doen erg denken aan het oude centrum van Heemskerk. Doodzonde dat dit is platgegooid voor hoge flats. Pittoreske IJmondse straatjes vond ik terug in Ierland."

"De Ierse havenstadjes zijn ruig, mooi en historisch en doen erg denken aan het oude centrum van Heemskerk"

Jan van Bodegraven

Door zijn kennismaking met de muziek van de Ierse Rory Gallagher, ooit uitgeroepen als beste bluesgitarist van de wereld, begon Jan meer en meer blues te spelen. Met succes. Het voert hem langs ontelbare zalen in verschillende bezettingen. Jan speelde eens voor vijftien duizend man en ook een paar keer met Jan Akkerman. Maar of hij nou succes had of niet, hij kwam altijd met liefde terug naar de IJmond.

Tilt in het BukBukbuitenfestival in Heiloo - Foto: privéarchief Jan van Bodegraven

Ik vraag mij af of het IJmondgevoel ook terug klinkt in zijn muziek. "Ja", zegt Jan. "Bijvoorbeeld in het liedje Country girl, dan reed ik op mijn brommer vanuit Heemskerk door de IJmond naar een boerendochter in Castricum. In dat liedje zing ik "Country Girl kissed me goodbye, after harvest time. Worked like a slave all day and night – just to make her mine." Werken als een slaaf. Allerlei baantjes en ook net als z'n hardwerkende vader even voor de hoogovens in IJmuiden. Ook toen al kon Jan blijkbaar niet stilzitten. Speciaal voor NH Nieuws zingt Jan een stukje a capella.

Als Jan z'n vierde boterham opheeft zegt hij nog even tussen neus en lippen door dat hij helende handen heeft. "Ja, daar kwam ik eens achter door met een vriendin naar een medium te gaan. Ik herkende ineens wat ik altijd al als kind aanvoelde en zag. Ik leerde gaandeweg dat ik ook een medium was. Ik heb uiteindelijk naast mijn muziek alternatieve geneeswijzen gestudeerd. In Ierland hadden we naast onze bed & breakfast een praktijk om mensen te helpen.

Ook op het podium kwam het Jan weleens van pas. "Dan had een gitarist last van z'n schouder en als ik dan mijn hand er op legde trok de pijn weg." Ik vraag of ik een foto mag maken van z'n helende handen. "Dat mag, maar de laatste keer dat ik een kerstkaart stuurde waarop ik met m'n handen omhoog stond bij een kaars heeft mij dat wel vrienden gekost. Ze dachten: 'Jantje is knettergek geworden'."

 

De helende handen van Jan van Bodegraven. - Foto: NH / Koen Bugter