Ga naar Content

Minister: boa's mogen tijdens werk geen hoofddoek of keppel dragen

Buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) mogen, net zoals politiemensen, tijdens hun werk geen hoofddoek of keppel dragen. Minister Yesilgöz van Justitie en Veiligheid schrijft aan de Tweede Kamer dat handhavers aan dezelfde neutraliteitseisen moeten voldoen als agenten. Yesilgöz gaat met gemeenten in gesprek om een landelijke richtlijn op te stellen.

Foto:

Een meerderheid van de Tweede Kamer had zich al uitgesproken tegen een boa met hoofddoek of keppel. De minister neemt dit nu dus over. Amsterdam kondigde vorig jaar nog aan dit juist wel te willen gaan toestaan. 

Sterke arm

Yeşilgöz schrijft in een brief aan de kamer te hechten aan de neutraliteit van politie en boa. "Functies waarbij de overheid zich in de samenleving manifesteert met behulp van de sterke arm en gebruik maakt van dwangmiddelen, oefenen een bijzondere overheidstaak uit", schrijft ze. 

De minister wijst erop dat neutraliteit al het uitgangspunt bij het politie-uniform is. Bij boa’s ligt dat anders, omdat zij in dienst zijn van gemeentes. De voorganger van Yeşilgöz, Ferd Grapperhaus, zei meermaals dat het daarom ook om een lokale aangelegenheid gaat en de gemeentes er dus zelf over beslissen. 

Maar nu heeft "de Tweede Kamer zich duidelijk uitgesproken voor het landelijk regelen van de neutraliteit van het boa-uniform”, schrijft Yeşilgöz . De richtlijn die zij wil ontwikkelen moet lijken op de regels die gelden voor het politie-uniform.

💬 Wil je niets missen uit Amsterdam?

Tikfout gezien? Laat het ons weten via [email protected]