Ga naar Content

Hoe de Jodenvervolging tachtig jaar geleden in 'proefgemeente' Zaandam begon

Op 17 januari 1942 gebeurde het in Zaandam voor het eerst. Honderden Zaandamse joden werden gedwongen hun woningen te verlaten en naar het 'Judenviertel' in Amsterdam te verhuizen. Voor velen was de joodse wijk in Amsterdam het voorportaal van de werk- en vernietigingskampen. Selma Heijstek was 8 jaar oud toen zij Zaandam moest verlaten. "We moesten halsoverkop het huis uit", vertelt ze in deze speciale videoreportage.

In Zaandam werden de eerste joden van nederland gedeporteerd: ‘Het was een proefgemeente’ - NH Nieuws

"Hier is het allemaal begonnen", zegt historicus Erik Schaap in Zaandam over de massale deportatie van Nederlandse joden. "Dit was de proefgemeente van het land." De nazi's vonden de Zaandammers maar lastig, vooral omdat de gemeente socialistisch was ingesteld en een klein jaar daarvoor ook aan de Februaristaking had meegedaan. Schaap: "Ze moeten hebben gedacht dat als het hier kon, dat het ook makkelijk in de rest van Nederland moest kunnen."  

Overleven

Voor Selma betekende het dat ze met haar familie naar de Jodenbreestraat in Amsterdam moest verhuizen. Haar moeder werd uiteindelijk naar Kamp Westerbork gebracht waar ze een halfjaar vastzat. Omdat Selma's vader niet joods was, is het hem uiteindelijk gelukt om haar weer vrij te krijgen. Volgens Schaap laat dit zien dat de jodenvervolging in dat stadium van de oorlog nog niet de geoliede machine was die het later zou worden, en de nazi's nog moeite hadden met het interpreteren van de nieuwe regels.

Joodse Selma Heijstek overleefde als meisje WO II - Foto: NH Nieuws

De familie Heijstek heeft de rest van de oorlog in de Jodenbreestraat gewoond. Als er razzia's in de wijk waren, zochten buren vaak onderdak bij het gemengde gezin. Selma vertelt dat er op een gegeven moment een Duitser voor de deur stond die aan haar vader vroeg of er nog joden in huis waren.

Haar vader zou dat hebben ontkend en de Duitser zelfs aan zijn schouder naar binnen hebben getrokken met de vraag 'of hij wilde kijken'. "Dan ist es schön gut", zou hij hebben gezegd, waarna de familie en de buren weer een dag veilig waren. 

Naarmate de oorlog vorderde, werd de wijk vanwege de talloze deportaties steeds leger. Tijdens de winter van 1944 kwamen er zelfs Amsterdammers uit andere wijken in om het hout uit de lege huizen te slopen, zodat ze daarmee de kachel konden laten branden. "Mijn vader heeft ze in de deuropening moeten wegjagen met een koevoet", vertelt Selma.

Huis NSB'er

Nadat de oorlog ten einde was gekomen, mocht Selma met haar familie terug naar hun huis aan het Apolloplantsoen in Zaandam. Maar omdat daar inmiddels andere mensen woonden, en ze die niet wilden wegjagen, belandden ze in het huis van een NSB'er die in Kamp Vught gevangen werd gehouden. 

"Je kon zien dat ze tijdens het eten waren weggevoerd, want alles stond er nog"

Selma Heijstek

"Je kon zien dat ze tijdens het eten waren weggevoerd, want alles stond er nog". Selma's ouders en haar broer hebben nooit meer over de oorlog willen praten. Dat geldt echter niet voor de bijna 89-jarige, die vrijuit spreekt. "Pas later toen ik ouder werd kreeg ik het er zwaarder mee."  

Lees ook

💬 Wil je niets missen uit Zaanstreek-Waterland?

Taalfout gezien? Laat het ons weten via [email protected]