Ga naar Content

101-jarige denkt nog vaak terug aan rampzalige onderwaterzetting Wieringermeer

WIERINGERMEER - Komende maand is het 75 jaar geleden dat de Duitsers de dijk langs het IJsselmeer opbliezen en daarmee de jonge Wieringermeer verwoestten. De bevolking was vantevoren gewaarschuwd en ging op de vlucht. Onder hen het gezin Dam.

Foto:

Mevrouw Dam, 101 jaar oud, vertelt haar verhaal vanuit een verzorgingshuis in Uden, één van de coronabrandhaarden in Brabant. "Het wordt wel wat stil nu er niemand mag langskomen," vertelt ze aan de telefoon, "Maar tot nu toe gaat het goed."

Toen de Duitsers op 17 april 1945 de dijk opbliezen en het kolkende water de jonge polder instroomde was mevrouw Dam 26 jaar oud en was ze zwanger van haar derde kind. In het centrum van Wieringerwerf, aan de Terpstraat had ze een drogisterij. "De Duitsers wilden eerst al om 09.00 uur de dijk opblazen. Maar omdat er dan al kinderen op school zouden zitten, heeft de burgemeester, die van de NSB was, dat tegen gehouden."

tekst gaat door onder afbeelding

Foto:

Het tijdstip werd toen vastgesteld op 12.00 uur, de bevolking werd vantevoren gewaarschuwd en ging op de vlucht. "Mijn man zei toen dat hij ging kijken of hij bij een boer een paard met wagen kon lenen. Ik heb toen lakens en dekens gepakt. We hebben onze twee kinderen van 2,5 en 4,5 jaar oud op de wagen gezet. Ik heb zelf mijn fiets gepakt en mijn naaisetje. We hadden immers niks meer in die tijd en dan moest je wel wat kunnen repareren."

Om deze inhoud te kunnen zien, moet je cookies accepteren.

Het gezin vlucht richting Wieringen waar ze nog kennissen hebben. "Mijn man is nog één keer terug gegaan en heeft samen met die kennis alle spullen uit de winkel op zolder gezet. Het water zou zo hoog niet komen, was er verteld. Maar er kwam ook nog twee keer storm. Op de kar hebben ze de piano en de keukenstoelen kunnen meenemen. Ik had alleen nog een paarlemoeren theekistje, verder was er niks meer. Nog geen theelepeltje of kopje. Ook de foto's van de kinderen dat ze klein waren, gingen verloren."

Het gezin blijft op Wieringen tot de oorlog, een maand later is afgelopen. Daarna wonen ze een periode bij de ouders van mevrouw Dam op de grens van Friesland en Groningen. Na 10 maanden keren ze terug op Wieringen en uiteindelijk weer in Wieringerwerf: "We hadden ons huis goed verzekerd maar kregen maar 2000 gulden uitgekeerd. Ze zeiden dat alles opgeheven was. We hadden amper inkomen gehad in die tijd, toch kwam de belastingdienst langs. Ons verwoeste huis  werd toch als vermogen gezien."

"We hadden maar één doel: de mof dwars zitten."

Mevrouw Dam, eigenaar drogisterij

Het gezin blijft tot 1958 in Wieringerwerf, vertrekt daarna richting Amsterdam. Meneer en mevrouw Dam belandden uiteindelijk in het Brabantse Uden: "De oorlog was natuurlijk vreselijk. De hongerwinter was vreselijk. Al die zielige mensen die naar de polder kwamen om voedsel te halen.".

Toch houdt ze ook goede herinneringen over aan die tijd: "Iedereen kroop bij elkaar in die jonge polder. Er zaten heel veel onderduikers, als er dan een razzia kwam dan werden zo snel mogelijk de boeren gewaarschuwd. We hadden maar één doel: de mof dwarszitten."

Op de plek waar de dijk werd opgeblazen wordt momenteel gewerkt aan een nieuw herdenkingspunt. De officiele opening zou plaatsvinden op 17 april. Vanwege de coronacrisis gaat dat niet door. Er wordt gekeken naar een nieuwe datum.

Lees ook