Eenentwintig boeren uit Amstelland hebben de handen ineen geslagen. Ze gaan hun melk verwerken in een eigen melkfabriek. De opbrengst komt ten goede aan natuurlijk beheer van hun weilanden. En daar zijn de weidevogels blij mee.
'Het is net of ik een ijsje naar binnen werk', zo omschrijven de klanten de melk van Gerard Stam. Hij is samen met twintig collega's gestart met een eigen melkfabriek. Daarmee maken ze een nieuwe streekproduct waar de weidevogels in het gebied van profiteren.
Veenweidegebieden
Al eeuwenlang lopen er in de veenweidegebieden rondom Amsterdam koeien. De dieren en de boerderijen horen bij het gebied waar ook de weidevogels graag nestelen. Voor deze vogels zijn de malse weilanden met kruidenrijk gras een lekkernij. Maar wat goed is voor de vogels, is minder goed voor een modern en efficiënt melkveebedrijf.
Op de oude veenweidegebieden zijn alleen kleinschalige bedrijven mogelijk en ook de boeren genieten van de scholeksters en futen. Maar om de vogels hier te houden moeten ze wel concessies doen. Dus minder vaak maaien en een hogere waterstand. En dat betekent meer kosten en minder verdiensten.
Streekproduct
Met hulp van de Vogelbescherming gaan de boeren daarom hun melk nu zelf verwerken in hun eigen melkfabriek. Dat levert een eigen boerenmelk op die in de streek verkocht wordt. Bij de supermarkt in Ouderkerk staan de pakken prominent in het koelschap naast de bekende merken. De klanten hebben er graag een paar centen extra voor over.
Goed voor de boeren die wat extra verdienen om daarmee moeder natuur een handje te helpen. Zo kunnen de bedreigde weidevogels blijven broeden en kunnen de boeren blijven werken in de Bovenkerkerpolder en polder De Ronde Hoep.