Ga naar Content

Texelse lamsvleesslachterij: voor een ander kan dit heftig zijn, voor mij is het alledaags werk

Lammetjes die dartelen in de Texelse weilanden horen bij de lente en geven mensen een goed gevoel. Maar uiteindelijk komen de meeste lammeren als ze groot genoeg zijn op het bord terecht. Texels lamsvlees is een gewilde lekkernij, zowel in restaurants als bij particulieren. Maar hoe het geproduceerd wordt willen we niet zien. Onze man op Texel keek niet weg en ging langs bij een schapenboer en het slachtbedrijf.

Met een grote lach op het gezicht loopt ie rond tussen de schapen in zijn schuur. Arjen Boerhorst heeft een paar honderd schapen waarvan een groot gedeelte bevallen is van lammetjes. "Ik kan hier elke dag van genieten. Het is de kraamkamer he. Drukke tijd voor boeren maar ook een mooie tijd." Even verderop gebruiken twee lammetjes hun moeder als trampoline. 
 
Buiten lopen de wat oudere lammetjes met hun moeders. Arjen rammelt met de voerbak en fluit. De schapen en hun kroost komen aangesneld. "Ik denk wel dat ze mij kennen. Elke boer heeft zijn eigen fluitje." 
Hoe goed de band ook is, er komt na verloop van tijd onverbiddelijk het afscheid van de lammeren. Heeft Arjen daar moeite mee? "De lammeren hebben goed leven gehad. We verzorgen ze me alle liefde, ze krijgen goed te eten en ze lopen hier lekker buiten in dit prachtige Tesselse landschap. Ja en we doen het uiteindelijk voor het vlees. Het wegbrengen van koppels naar de slacht is niet makkelijk, maar het hoort erbij he."
 
Voor alle duidelijkheid. Kleine lammetjes worden niet geslacht. De lammeren moeten minstens 100 dagen oud zijn. Dit zijn de zuiglammeren. Maar vaker zijn de lammeren al ouder als ze worden geslacht. Een lam mag maximaal een jaar oud zijn. Daarna is lamsvlees geen lamsvllees meer maar een schapenvlees. 
 
De meeste Texelse schapenboeren brengen hun lammeren naar het slachtbedrijf van Cor Boschma in Oudeschild. Op maandag is het slachtdag. Dan komen de boeren met koeien, varkens en lammeren naar zijn slachterij. In het bedrijf worden de dieren met een stroomstootapparaat gedood en daarna geslacht. Daarna worden de dieren naar slagerijen vervoerd of in het bedrijf zelf tot vleesproducten verwerkt. 
 
Cor is trots op zijn vak. "Ik vind het mooi om van de lammeren, waarvan je weet dat ze een goed leven hebben gehad op Texel, een mooi produkt te maken voor de consument. De dieren komen uit de buurt, zijn ook niet gestrest door lang lang transport. Ik heb een kleine ploeg mannen die met respect de dieren verwerken tot een mooi stukje vlees" 
 
Cor groeide op in het Friese Sexbierum. Als jongetje was ie al gefascineerd door de slagerij. "Andere jongetjes gingen voetballen of speelden met autotjes. I speelde met vlees. Toen ik 12 was gingen mijn ouders op vakantie en ik bleef logeren bij de slager" Daarna ging hij naar de slagersvakschool en kwam hij uiteindelijk op Texel terecht. Sinds zes jaar heeft hij zijn eigen slachtbedrijf. 
 
Veel mensen eten wel lamsvlees maar willen niet zien hoe het geproduceert wordt. "Ik kan me voorstellen dat het voor mensen heftig is om te zien hoe een dier geslacht wordt. Toch zouden mensen die het lamskoteletje eten eigenlijk  wel moeten weten waar het product vandaan komt en hoe het gemaakt wordt. 
Daarom mag er ook gefilmd worden bij mij in het vedrijf en houden we ook rondleidingen voor geintresseerden. Het doodmaken en de keel doorsnijden laten we niet zien. Maar de rest mag iedereen zien."