IJMUIDEN Minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel heeft vandaag een bezoek gebracht aan Tata Steel in IJmuiden. Ze sprak met Hans Fischer (CEO Tata Steel in Europa) en Theo Henrar (directievoorzitter Tata Steel Nederland) over de situatie met betrekking tot de Amerikaanse importtarieven.
Vervolgens nam Kaag ook een kijkje in een installatie waar staal wordt verzinkt voor de automobielsector en bij de R&D-afdeling waar staal voor auto’s wordt ontwikkeld en getest. Tata Steel wordt momenteel geconfronteerd met importheffingen van 25 procent op het staal dat naar Amerikaanse klanten gaat. Ongeveer 10 procent van de producten van Tata Steel in IJmuiden gaat naar klanten in de VS, ter waarde van zo’n half miljard euro.
Lees ook: Tata Steel teleurgesteld over importheffingen
"Ik heb de minister bedankt voor haar geweldige inzet op dit dossier tot nu toe en haar verzocht om te blijven werken aan het realiseren van een oplossing voor het probleem van de importheffingen", aldus Theo Henrar, directievoorzitter van Tata Steel Nederland. "Het is belangrijk dat de situatie niet verder escaleert en uitmondt in een handelsoorlog die tot een wereldwijde recessie kan leiden. Daarnaast is het belangrijk dat de EU maatregelen treft om te voorkomen dat landen die niet meer naar Amerika kunnen exporteren hun staal in Europa gaan dumpen."
"Ook onze zorgen"
"De zorgen van Tata Steel over de Amerikaanse importheffingen zijn ook onze zorgen", aldus minister Kaag. "Het kabinet blijft - zowel in EU-verband als bilateraal – onverminderd bij de VS aandringen op overleg en intrekking daarvan. Tegelijkertijd overleggen we op 4 juli opnieuw met de getroffen bedrijven hoe deze het beste kunnen reageren op de situatie."
Lees ook: Tata Steel merkt voorlopig nog niks van importheffingen VS
Gisteren liet een woordvoerder van Tata Steel overigens weten aan NH Nieuws dat het bedrijf tot nu toe nog niet getroffen is door de heffingen. "We balen ervan dat onze klanten hier de dupe van zijn, maar voorlopig laten ze ons nog niet in de steek", zei woordvoerder Robert Moens.