Ga naar Content

'Verbod op pulskorvissen betekent het einde van visafslag'

DEN OEVER Als er een Europees verbod komt op het zogenoemde pulsvissen, vissen met elektriciteit, betekent dat op termijn het einde van de handel in duurzaam gevangen vis in Nederland. Dat zegt Pim Visser, directeur van de visafslagen in Den Helder, Den Oever.

Een Europees verbod op het pulskorvissen dreigt. Afgelopen dinsdag stemde het Europees parlement in met een verbod op de nieuwe techniek die op Texel werd uitgevonden.

Lees ook: Vissers woest over Europees verbod pulsvisserij: "Besluit gebaseerd op fake news"

Pulskorvissen duurzaam en efficient
Bij het pulsvissen zijn de netten uitgerust met en elektrische intallatie die vissen tijdelijk verdooft zodat ze als vanzelf in de netten terecht komen. Bij de oude methode met sleepnetten werd een verzwaard net over de bodem getrokken. Deze methode kost veel meer moeite en brandstof omdat de scheepsmotoren harder moeten werken om het zware net voort te slepen. Bovendien ontstaat daarbij grote schade aan de zeebodem, schade die niet ontstaat bij de elektrische vis methode.  

Europees verzet
Met name Franse vissers verzetten zich tegen de puls methode. Volgens de tegenstanders is de methode helemaal niet milieuvriendelijk omdat veel vissen de stroomstoot niet zouden overleven en toch niet in het net terecht zouden komen. Verder zou de methode het leven op de zee bodem vernietigen. Deskundigen spreken dat overigens tegen.  

Investeringen
De Nederlandse visserijsector heeft miljoenen geïnvesteerd in de nieuwe methode. Als het pulsvissen verboden wordt is die invstering weggegooid geld en moeten de vissers terug naar de oude methode. Met de stijgende olieprijzen is de oude methode niet meer rendabel.  

Er is nog hoop
De Nederlandse vissers hopen dat de ministers van de lidstaten het verbod zullen tegenhouden. Wanneer de ministers daarover vergaderen is nog niet duidelijk. Vandaag overlegt een delegatie van de visindustrie met minister minister Carola Schouten van landbouw over een plan van aanpak. 

Foto: NH/ Matthijs Gemmink