Ga naar Content

Omwonenden N1-terrein vrezen overlast technofeesten

AMSTERDAM Een braakliggende vlakte aan de rand van Amsterdam wordt waarschijnlijk een stampend technoterrein. Omwonenden voorzien zestien weekenden per jaar geluidsoverlast en komen in actie.

Nu is het nog stil op het N1-terrein aan de westelijke rand van Amsterdam, maar dat kan snel veranderen. Amsterdam probeert al jaren grote evenementen uit de binnenstad te weren en zoekt het dus in de rafelranden van de stad.

Het N1-terrein wordt in het nieuwe evenementenbeleid, dat in 2018 moet ingaan, omschreven als "geschikt voor grootschalige (dance)evenementen met 50.000 bezoekers."

Omwonenden
De directe omwonenden zijn allesbehalve blij met de plannen. Zij vrezen nu een complete instorting van hun leef -en woongenot. "Als ik in mijn slaapkamer sta kan ik de mensen zien hossen", vertelt Maria Hendriks die op een steenworp afstand woont. "Van zo'n techno-beat, die continu 'doink, doink' gaat, word je helemaal gek."

Volgens de omwonenden blijft de overlast niet alleen beperkt tot een paar honderd meter. Ook de bewoners van de omliggende gemeenten Haarlemmermeer en Haarlemmerliede krijgen er last van. Frances de Waal legt uit dat de basdreunen veel verder reiken dan in de stad: "Als er weinig tussen zit en veel water, dan komen die bassen echt wel binnen hoor." Ook Fred den Dulk kan dat beamen: "Dance Valley is hier vijftien kilometer vandaan, en zelfs dat hoorden we."

Actiegroep
De omwonenden hebben zich nu verenigd in de actiegroep GeenN1. Ze gaan proberen Amsterdam op andere gedachten te brengen. "Wij hebben al genoeg last van Schiphol, de haven en de A9", roept Erik Vogelaar geërgerd. "Amsterdam moet niet alle overlast richting Halfweg verwijzen, dat moeten we niet. Klaar!"

De gemeente Amsterdam laat in een reactie weten dat het allemaal niet zo definitief is als de bewoners vrezen. Ook wordt er eerst een 'proeffase' gehouden. Volgens de bewoners is deze proeffase onzin. "Wij weten al uit ervaring wat voor een lawaai zo'n festival is. Wij willen niet nog meer festivals", legt Bart van der Jagt uit.