Ga naar Content
Noord-Holland

Onvoldoende bewijs dat Hells Angel auto Haarlemse burgemeester in brand stak

18 juli 2017, 12.53 uur · Aangepast 18 juli 2017, 18.02 uur
Door: · Foto: HFV / Michel van Bergen

HAARLEM Er is onvoldoende bewijs dat de Haarlemse Hells Angel-president Lysander de R. opdracht heeft gegeven om de auto van burgemeester Bernt Schneiders in brand te steken. Tot die conclusie komt het Openbaar Ministerie.

Dat bleek vanochtend in de rechtszaak tegen negen leden van de Hells Angels. Voor de rechtbank op Schiphol zei de aanklager 'bij deze stand van het onderzoek' niet te verwachten de betrokkenheid van De R. te kunnen bewijzen.

De R. wordt samen met acht clubleden en zijn vriendin vervolgd voor een waslijst aan criminele activiteiten, waaronder wapenbezit, afpersing, bedreiging en het lidmaatschap van een criminele organisatie. Hij werd eind januari aangehouden in zijn cel bij een gecoördineerde actie tegen de motorclub, waarbij het volledige Haarlemse chapter werd opgerold.

Lees ook: Hells Angels-president dreigde al vóór autobrand: "Burgemeester laten zien wat terreur is"

De auto van de oud-burgemeester van Haarlem werd in juni 2015 's nachts in brand gestoken bij het huis van Schneiders in Haarlem. Al gauw rees het vermoeden dat dat het werk was van de president van de Hells Angels. 

Lees ook: Verdachte brandstichting auto burgemeester Haarlem ontkent betrokkenheid

In afwachting van de lopende rechtszaak zat De R. onder meer vast vanwege de brandstichting. Toch blijft hij tot begin oktober in voorlopige hechtenis omdat er nog andere zaken tegen hem lopen.

Lees ook: Haarlemmer (45) opgepakt voor brandstichting auto burgemeester Schneiders

Drie Hells Angels zitten nu nog vast in afwachting van de inhoudelijke behandeling van de zaak. De rest mag die zitting in vrijheid afwachten onder voorwaarden. Dat gaat dan meestal om een enkelband en een contactverbod met andere verdachten. Het Openbaar Ministerie gaat er vanuit dat in maart 2018 de inhoudelijke behandeling kan beginnen. Advocaten lieten vandaag weten dat zij eerder denken aan 2019. Dit vanwege de vele onderzoeksvragen die de verdediding zal gaan stellen.