AMSTERDAM De rechtbank in Amsterdam oordeelde vandaag dat koeriersbedrijf Deliveroo zijn medewerkers niet in loondienst hoeft te nemen. Fietskoerier Sytze Ferwerda (20) had een zaak aangespannen tegen het bedrijf, omdat er volgens hem sprake was van schijnzelfstandigheid.
De kantonrechter stelde daarentegen dat het duidelijk was dat de overeenkomst bedoeld was als zzp-contract. "Ook uit de wijze van werken daarna blijkt niet dat er sprake was loondienst", aldus het vonnis.
Lees ook: Maaltijdbezorger klaagt Deliveroo aan
Ferwerda gaf aan de uitspraak teleurstellend te vinden. Hij overweegt in hoger beroep te gaan, indien hij aan het geld voor de proceskosten kan komen. De rechtszaak kon hij tot nog toe financieren dankzij crowdfunding, waar vierhonderd mensen aan bijdroegen.
Geen loondienstmodel
Deliveroo kondigde eind vorig jaar aan af te stappen van het loondienstmodel en alleen nog met freelancers te gaan werken. Volgens het bedrijf zou daar voor gekozen zijn, omdat fietsende maaltijdsbezorgers 'helemaal niet zitten te wachten op het strakke keurslijf van een arbeidscontract'.
Lees ook: FNV: Misstanden bij Deliveroo, 14-jarige bezorgers ingezet
Het nieuwe beleid leidt zelfs al tot nieuwe aanmeldingen van zogenoemde 'riders', stelde de advocaat van Deliveroo tijdens een zitting vorige maand. Er zouden in eerste instantie juist veel koeriers zijn gestopt bij het bedrijf, omdat er 'te weinig flexibiliteit was'.
Verplichtingen
Volgens Ferwerda ontdoet Deliveroo zich met deze werkwijze daarentegen van de bijbehorende verplichtingen tegenover werknemers. De fietskoerier wil zelf het liefst weer in loondienst, zodat hij verzekerd is bij arbeidsongeschiktheid en doorbetaald krijgt bij ziekte.
Lees ook: Einde van zzp-regeling Deliveroo? Kabinet gaat schijnzelfstandigheid harder aanpakken
De kantonrechter erkent dat het huidige arbeidsrecht niet altijd aansluit bij nieuwe vormen binnen de economie. Toch zou de gesloten overeenkomst tussen Deliveroo en de bezorgers niet heel onredelijk zijn. "Het is aan de wetgever om maatregelen te treffen wanneer het niet-gewenst is dat dergelijke situaties blijven bestaan", stelt de rechter.