ZAANSTAD Natte schoenen, doorweekte sokken en broekspijpen die aan het eind van de dag nog steeds klam zijn: het zijn ongemakken waar iedere fietser wel eens mee te maken krijgt. Toch kan het altijd erger, want nergens in Noord-Holland is de kans op natte voeten zo groot als in Zaanstad.
Dat blijkt uit onderzoek van de Fietsersbond, waarvoor fietsers uit het hele land werden ondervraagd over hun fietservaringen in eigen gemeente. Behalve vragen over bijvoorbeeld het stallen van hun stalen ros kregen respondenten ook vragen over de hoeveelheid regenwater die ze op fietspaden tegenkomen.
Lees ook: Het viel deze maand met bakken uit de lucht: natste september sinds 2001
Wat blijkt? In Gouda blijft na een bui het meeste water op fietspaden staan. De Zuid-Hollandse stad wordt op de voet gevolgd door Heeze-Leende, een gemeente onder de rook van Eindhoven. Zaanstad komt op de derde plaats. In het Utrechtse Houten hebben fietsers het minst last van hemelwater op het fietspad. Ook in Rijssen-Holten (Overijssel) en Veenendaal (Utrecht) is de kans dat plassen na een bui blijven staan gering.
Drassige grond
"Gouda ligt op veengrond", vertelt een woordvoerder van de Fietsersbond. "Dus daar zakt alles wat sneller in." Diezelfde conclusie kan worden getrokken voor Zaanstad, dat ook voor een groot deel op drassige veengrond is gebouwd, waardoor er sneller kuilen ontstaan. "Maar het kan ook te maken met beleid", voegt de woordvoerder daaraan toe.
De resultaten zijn onderdeel van een breder onderzoek, dat in januari 2018 moet leiden tot de uitverkiezing van de opvolger van Nijmegen als Fietsstad van Nederland. Voor het eerst wordt daarvoor de mening van fietsers zelf gepeild.